(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Welkom bij alweer het derde deel van Plantariums Perfecte Bladerdek. In de voorgaande delen heb je kunnen lezen over planning, plant hoogtes en hebben we je bijgepraat over de benodigde kweekkennis. Deze week zoomen we in op de voorbereidingen die voorafgaan aan de omschakeling naar 12/12. Oftewel: hoe creëer ik de ideale plant?

We starten dit artikel met wietplanten van ongeveer 2 weken oud. De jongedames zijn van het kleine potje verpot naar de definitieve pot en staan in de definitieve kweektent, onder 18 uur licht. De jonge wietplanten hebben net hun eerste 5-vingerige bladeren aangemaakt, en moeten getraind worden voor het perfecte bladerdek, maar hoe?

Besef je allereerst dat er ontiegelijk veel manieren zijn, om het perfecte bladerdek voor te bereiden. Het streven is echter altijd hetzelfde, namelijk een vol bladerdek in het scherm, met zoveel mogelijk takken op dezelfde hoogte.

De kandelaar, de V8 en het plateau

Hieronder beschrijven we drie mogelijke strategieën. Realiseer je wel dat iedere wietplant en -soort, anders groeit. Het kan dus best zijn dat het net even anders loopt dan je gepland had. Dat is helemaal niet erg en gebeurt altijd. Het perfecte bladerdek is een streven en vereist wat ervaring.

Strategie A: de kandelaar
Van nature heeft een volgroeide cannabisplant een kerstboom-structuur, met één hoge hoofdtop en een brede basis met diverse zijtakken. Bij deze strategie streef je echter naar een andere vorm, namelijk die van een kandelaar. Dat doe je door de plant éénmaal te toppen na de vierde node (vertakking). Vervolgens laat je de jonge wietplant doorgroeien en pas je op de bovenste twee takken (hoofdtoppen), Low Stress Training (LST) toe. Deze takken moeten nagenoeg helemaal horizontaal groeien (zie afbeelding) om de vorm van een kandelaar te krijgen.

LST omvat verschillende technieken om takken van een (wiet)plant zonder beschadigingen in de gewenste richting te laten groeien. In dit geval dus horizontaal. Dat doe je door de tak met een touw of draad aan de pot te spannen. Je boort kleine gaatjes in je pot waaraan je het koord bevestigt. Je kunt ook dikker ijzerdraad gebruiken en deze direct aan de rand van de pot haken, maar zorg er altijd voor dat het draad niet in de plant snijdt! Je wil je de plant immers niet beschadigen. Een tak mag dus ook niet knakken, want LST is het geleiden van de takken met minimale stress en zonder beschadiging. Door LST kan de plant lekker breed groeien en is er geen groeivertraging.

Strategie B: de V8
Je groeit je plantje eerst voor onder flink blauw licht, bijvoorbeeld onder een Elektrox groeilamp. Bij de V8 is het namelijk belangrijk om de eerste drie internodes zo kort mogelijk te houden. Het blauwe licht stimuleert dit. Vervolgens top je de plant na de derde node. Daarna knip je de onderste twee takken weg, deze blijven toch vaak klein en dun. Vervolgens top je alle vier de overgebleven takken nogmaals. Hierdoor bestaat de basis van je plant uit 8 takken, vandaar de naam!

De 8 takken ga je vanaf het begin flink LST-en. Het is wel raadzaam om de takken niet geheel horizontaal te geleiden. Laat ze altijd iets naar boven wijzen, dat is beter voor de sapstroom van de plant. Laat de plant vervolgens groeien totdat de bovenste takken de schermhoogte bereiken. Je zult zien dat je naast de 8 hoofdtakken ook een aantal kleinere takken verkrijgt. Dat is prima. Als de takken de schermhoogte bereiken is het tijd om het scherm te plaatsen, takken weg te knippen en specifiek te buigen. Daarover dadelijk meer!

Strategie C: het plateau
Een techniek voor de gevorderde kweker met een aparte voorgroeitent. De plant die je met deze strategie creëert heeft alleen maar hoofdtoppen, maar vereist wel wat meer werk en tijd. De start van het plateau begint bij het toppen na twee internodes. Daarna knip je de onderste twee takken weg. Je houdt dan een Y-vormige wietplant over; een stam met twee takken. Vervolgens blijf je continu iedere nieuwe internode toppen. En ja, uiteraard gebruik je LST om de plant breder te vormen.

Het is zaak om in de creatie van het plateau weinig blauw licht te gebruiken. Je wil namelijk dat er een grotere afstand is tussen de nodes. Hierdoor is je kweektent sneller gevuld en hoef je geen takken weg te knippen. Voor de indica-liefhebbers is deze strategie vaak minder geschikt, de genetica leent zich er niet voor. Pure indica’s blijven vaak te bossig, waardoor toppen elkaar in de weg gaan zitten. Je kunt overigens altijd een internode overslaan als de nodes erg kort op elkaar zitten. Deze overgeslagen zijtakken knip je dan weg.

Supercroppen voor een egaal bladerdek

Mocht het nou zo zijn dat sommige takken de neiging hebben om sneller te groeien, kun je deze uitschieters supercroppen. De techniek zorgt ervoor dat het bovenste bladerdek egaler blijft. Bij het supercroppen breng je bewust op de tak een beschadiging aan. Hierdoor loopt deze tak een kleine groeivertraging op, het gaat als volgt.

Je pakt een stukje tak tussen je duim en wijsvinger en rolt deze heel rustig tussen je vingers. Je drukt het wat in, zodat de celwand beschadigt, maar niet te veel! Daarna buig je de tak totdat deze een lichte ‘knak’ laat horen. Vervolgens laat je de tak hangen. En no worries, dat komt helemaal goed. Door de beschadiging zie je dat de plant andere takken meer energie gaat geven en deze trekken meer bij. Vervolgens richt de ge-supercropte tak zich na een dag of twee weer op, en ontstaat er een knobbel op de beschadigde plek.

Supercroppen kun je altijd doen op het moment dat de plant groeit, op iedere plek op de stam. Wel is het niet altijd raadzaam, gezien de hersteltijd. Supercroppen kan ook zeer goed werken in de eerste twee weken van de bloeifase, wanneer je ziet dat één tak meer strekt dan de rest. Een andere techniek die je dan kunt toepassen is het pinchen (knijpen). Daarbij beschadig je de celwand door het in te drukken en tussen je vingers te rollen, zonder hem te buigen zoals bij het supercroppen.

Frosty Gelato volgens de PPB-methode. Je ziet dat deze dames wel wat meer voeding kunnen gebruiken, het zijn immers grote planten!

De plaatsing van het scherm

Bereiken de bovenste takken de schermhoogte? Dan is het tijd om het scherm te plaatsen alvorens naar de bloeifase te gaan. Het scherm plaats je om de plant te ondersteunen en de plaatsing van de takken te perfectioneren. Pak daarvoor wat bamboestokken om per pot een scherm te fabriceren. Hoe dat moet en wat de voordelen zijn lees je hier. Waar de vier planten methode ophoudt, gaat de PPB-methode nog een stapje verder. Je kunt eventueel ook een Hortinet gebruiken.

Je gaat de takken zorgvuldig in het scherm plaatsen, zodat iedere tak ongeveer even hoog uitkomt. Dat betekent dat je sommige takken ver naar buiten buigt, terwijl andere takken bijna verticaal omhoog steken. De bloeifase wil je immers starten met een mooi verdeeld, en even hoog bladerdek!

Tips voor het scherm

  • Voordat je begint met het plaatsen van het scherm, loont het om de grote schutbladeren in het onderste 1/3 deel van de plant te verwijderen. Hierdoor zie je beter wat je doet en met welke takken je werkt. Laat de rest nog even zitten.
  • Laat het scherm rustig zakken en probeer de plant zo minimaal mogelijk te beschadigen. Nu zie je ook wat het effect is van je toegepaste vormtechnieken. Als je die perfect hebt toegepast, is het scherm zo geplaatst. Het bladerdek is immers al heerlijk egaal! Als je veel hebt moeten buigen is het de moeite waard om voortaan wat meer te LST-en, een andere strategie te proberen of een andere wietsoort te kiezen.
  • Plaats het scherm bij sativa dominante soorten op de hoogte van de bovenste toppen op het moment van omschakelen naar het 12/12 lichtschema. Deze soorten groeien sowieso een stuk boven het scherm uit, want ze strekken immers meer. Dat is prima. De foto van de Frosty Gelato is een voorbeeld. Indica dominante soorten mogen best een stukje (ongeveer 5 centimeter) boven het scherm uitsteken, voordat je de klok omzet. Dat garandeert ook een langere top.

Doordat een Indica dominante soort minder strekt, laat je deze iets boven het scherm uitgroeien voordat je naar 12/12 schakelt. Sativa kun je direct schakelen, want deze kan fors doorgroeien in de bloeifase.

Elk vak zijn eigen tak

Je streeft natuurlijk niet alleen naar een gelijke hoogte, maar ook naar een vol scherm. Idealiter zit er in elk vak van je scherm dus een tak. Dat betekent veel toppen die maximaal licht opvangen. Helaas betekent het ook dat je takken moet weghalen, want sommige takken halen het scherm niet of nauwelijks. Deze gaan nooit het licht ontvangen dat ze nodig hebben en knip je daarom weg. Dat kunnen onderste takken zijn, maar ook zielige zijscheuten. Je knipt ook takken weg wanneer het te vol wordt in een vakje. Het is wel belangrijk dat iedere tak de ruimte krijgt om zich te ontwikkelen!

Medische tip! Mocht een tak toch knakken, raak niet in paniek en pak wat schilderstape. Hang de verpleegkundige uit en plak de twee gebroken delen weer met tape aan elkaar vast. Maak desnoods gebruik van een spalk. Na een paar dagen is de wond dicht en is er een dikke knobbel ontstaan.

Three-layer-system

Boven het scherm laat de je toppen ontwikkelen. Onder het scherm ga je later dieven en lollypoppen. Het scherm zelf gaat je groene buffer worden, waardoor er geen licht verloren gaat. Voor nu is het belangrijk voldoende bladeren te laten zitten, want in het volgende deel gaan we je alles vertellen over de bloeifase zelf. Inclusief het creëren van het zogenoemde three-layer-system en het selectief verwijderen van bladeren. Bovendien vertellen we je in deel #4 alles over het geven van voeding. Je creëert immers grote planten, waar reguliere voedingsschema’s niet altijd op zijn afgestemd!

Aangezien elke kweekruimte en genetica anders is, kom gerust langs met foto’s en vragen. We helpen je graag vanuit onze expertise en de wetenschap. Zowel beginnende (medicinale) consumenten als de gevorderde kleinschalige cannabiskwekers zijn welkom. Als je van ver komt, bel of mail ons dan gerust om een afspraak te maken.

(advertentie)