Topstories

In je zoektocht naar een lekkere wietsoort kun je er achter komen dat die veel groter kan worden, dan je kweektent toelaat. Laat je daar echter niet door afschrikken. Want ook al heb je maar een kleine kweektent, met de juiste training en timing, bepaal jij zelf precies hoe groot of klein je wietplant wordt. 🎯

Het kan een hele uitdaging zijn om een wietplant laag genoeg te houden voor de beperkte hoogte van een kweektent. Maar het is goed te doen!

Natuurlijk worden sommige wietsoorten van nature hoger dan anderen. Maar met de juiste pot, een kortere groeifase en de nodige training past (bijna) elke wietsoort in jouw kweekkast voor eigen gebruik.

1. De pot bepaalt het maximale plant formaat 🪴

Een wietplant streeft ernaar om onder de grond net zoveel volume te hebben als boven de grond. Wanneer je een wietplant boven de grond snoeit, zullen de wortels daarom ook even stoppen met groeien. Deze ‘pauze’ in groei duurt totdat het volume boven en onder de grond weer in evenwicht is.

Andersom werkt het ook: snoei de wortels van een wietplant, en ze zal de groei boven de grond tijdelijk stoppen met groeien. Net zolang tot de wortels weer zijn aangegroeid.

Hieruit blijkt dat het formaat van de pot waarin een wietplant staat, een grote invloed heeft op de grootte van de plant. Wanneer je maar een beperkte ruimte hebt, doe je er goed aan om een niet al te grote pot te kiezen.

Welke maat je dan wel zou moeten hebben, kun je bepalen aan de hand van het volgende lijstje met gemiddelden:

• potmaat 5 x 5 cm (+/- 0,5 liter) = voorgroei-pot voor een hoogte tot ongeveer 13 centimeter
• potmaat 10 x 10 cm (+/- 2 tot 3 liter) = wietplant hoogte tot 30 centimeter (voor SOG)
• potmaat 13 x 13 cm (+/- 5 tot 7 liter) = wietplant hoogte tot ongeveer 60 centimeter
• potmaat 20 x 20 cm (+/- 12 tot 15 liter) = maximale hoogte voor de meeste kweektenten binnen

2. Groeifase en timing zijn cruciaal ⏰

Een cyclus van een wietplant bestaat grofweg uit twee fasen. Eerst maakt de plant een groeifase door, en vervolgens een bloeifase.

Zolang de plant 16 of meer uren licht per dag krijgt, zal ze in de groeifase blijven. Ze zal in deze fase blijven groeien, tot een week of twee nadat ze voor het eerst 12 uur of minder licht per dag kreeg.

Een wietplant blijft nog ongeveer drie weken doorgroeien wanneer je overschakelt naar de bloeifase, door het verkorten van de dagelijkse lichtperiode. Niet alleen dat, maar tijdens deze overgangsfase zal een wietplant ook explosief snel groeien.

Sativa’s zullen in deze periode nóg meer groeien dan indica’s. Dit noemen we ook wel de ‘strekkende fase‘.

Over het algemeen kun je het best op de strekkende fase anticiperen. Doe dit door het lichtregime aan te passen wanneer een sativa ongeveer een derde van het gewenste volume heeft bereikt. Voor een indica kun je wachten tot de plant ongeveer half zo groot is, als het gewenste formaat bij de oogst.

3. Licht en lichtspectrum 💡

De kweeklamp en met name de kleur van het kweeklicht dat je gebruikt, heeft ook veel invloed op de lengte van de internodes van je wietplant. En hoe langer de internodes zijn, hoe hoger ook de wietplant is.

Sommige kweeklampen zorgen voor langere internodes dan anderen. Dat heeft vooral te maken met de hoeveelheid blauw en rood licht dat de lamp uitstraalt.

Hoe meer rood licht een wietplant in verhouding opvangt, hoe meer ze zal strekken. Hoe meer blauw licht, hoe korter de internodes zullen blijven, en hoe compacter de gehele plant zal zijn.

Denk hierbij niet alleen aan LED kweeklampen met rode en blauwe diodes (je weet wel, die van dat roze licht uitstralen). Ook HPS lampen, full spectrum LED’s en CFL-kweeklampen bevatten een bepaalde verhouding aan rood en blauw licht.

Tip spreading voor kortere internodes

Tip spreading is een handige kleine techniek die voor (iets) kortere internodes kan zorgen. Het houdt in dat je de groeipuntjes steeds met je vingers opent, zodat er meer licht op het puntje in het midden valt. Hierdoor vangt de groeipunt eerder licht op, waardoor de internodes een klein beetje korter blijven. Tip spreading is geen gamechanger voor wat betreft de hoogte van je wietplanten maar alle kleine beetjes helpen!

4. Wietplanten training voor hoogte beperking ✂️

Ondanks de juiste potmaat, een verkortte groeifase en veel blauw licht in de groeifase, kan een wietplant toch te groot worden. Met de nodige training kun je dat beperken.

Om te beginnen is het een goed idee om een wietplant vroeg in de groeifase te toppen of te fimmen. Dit zijn vormen van high stress training.

Door te toppen of te fimmen, ontstaan er twee of meer groeipunten waar er eerst slechts één groeide. Omdat meer takken meer energie vragen dan één, zal je wietplant langzamer de hoogte ingaan en zich meer in de breedte ontwikkelen.

 

 

Supercroppen is ook een kweektechniek waarmee je niet alleen de hoogte van een wietplant kunt beperken, maar waardoor de plant ook nog eens beter haar best gaat doen bij de topontwikkeling.

De stress die we bij de plant veroorzaken, triggert een reactie die ervoor zorgt dat we aan het eind van het liedje meer wiet kunnen oogsten. Daarnaast is supercroppen een handige manier om een te hoog geworden top, alsnog wat lager te krijgen, zonder de tak weg te snoeien.

Sommige kwekers zetten zelfs een denkbeeldige of echte streep op de wand van hun kweekruimte waarboven de plant niet mag komen. Alles wat boven de lijn uitgroeit supercroppen ze rigoureus omlaag.

Scroggen: koning van wietplant-hoogte-beperking 👑

Maar de échte koning van de hoogte beperkende kweektechnieken is waarschijnlijk nog het scroggen. Hierbij span je een horizontaal rek boven je wietplanten. Hieraan bind je de takken vast wanneer ze erdoorheen groeien.

Op deze manier kun je je wietplanten niet alleen laag houden maar ook een hele kweektent vullen met slechts één wietplant. Hou er wel rekening mee dat de groeifase door te scroggen wel langer zal duren.

[Openingsfoto: Michael Nosek, Shutterstock]

(advertentie)