(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Wanneer wietplanten gewoon ongestoord groeien, krijgen ze de vorm van een kerstboom. Mooi wellicht maar niet het meest efficiënt voor ons doel: veel goede wiet produceren. Vandaar dat de meeste kwekers hun wietplanten minimaal één keer toppen. Maar ze zouden wellicht beter kunnen fimmen, of anders stressloos toppen.

Toppen vs. fimmen

Fimmen en toppen zijn vormen van high stress training; handelingen waarbij je wietplanten op een of andere manier snoeit. De plant wordt als het ware geamputeerd, wat natuurlijk de nodige stress oplevert – vandaar de naam. Bij het toppen knip je de bovenste groeipunt van de hoofdstam of een tak van een wietplant zodat er  twee takken ontstaan waar er eerst één groeide (vermeerdering van het aantal topppen) en de takken eronder beter ontwikkelen (verbreding van de plant en meer zijtakken).

Door te toppen vermeerder je het aantal takken en ontwikkelt de plant zich meer in de breedte.

Fimmen heeft exact hetzelfde doel als toppen, en lijkt qua handeling ook bijna exact hetzelfde. Alleen in plaats van het hele groeipuntje, verwijder je bij fimmen slechts ongeveer twee derde deel van het groeipuntje. Hierdoor ontstaan er niet twee nieuwe hoofdtakken, maar vier.

Eigenlijk ontstaan er in feite geen extra takken door het fimmen, maar omdat je de allereerste beginselen van de allerbovenste twee nodes bij het fimmen laat zitten, groeien deze ook uit tot nieuwe takken. Wanneer we het groeitopje uitvergroten wordt duidelijk hoe fimmen precies werkt.

Nodes

De gele stipjes op de tekening hieronder stellen de nieuwe nodes voor. Vanuit iedere node groeit een nieuwe tak. Wanneer je het hele topje verwijdert bij de ‘Topping Cut Location’ op de tekening, zullen de twee dikkere gele stippen eronder uitgroeien tot twee nieuwe takken. Wanneer echter slechts een deel van het topje verwijdert bij de ‘Fimm Cut Location’ op de tekening, zullen de vier kleinere gele stippen uitgroeien tot nieuwe takken én daarnaast ook de twee nodes eronder.

Fimmen beter?

Wanneer je dus fimt ontwikkelt je wietplant meer toppen (takken) dan wanneer je topt, namelijk vier in plaats van twee. Maar dat is niet de reden waarom fimmen beter is dan toppen. De reden waarom fimmen beter is dan toppen, is dat het veel minder stress oplevert voor de plant. Omdat je bij het fimmen een kleiner deel van de plant snoeit, kan de plant zich veel sneller herstellen en verliest ze minder kostbare bladeren.

Oké, nu zou je daartegen kunnen inbrengen dat je soms gewoon minder nieuwe takken wil aan je plant. Maar ook dan is fimmen de beste keuze, alleen moet je het dan eerder (vroeger in de ontwikkeling van je plant) doen. Een node eerder om precies te zijn. Door te fimmen breng je je wietplant minimale schade aan, met een maximaal resultaat. En dat is waarom fimmen altijd beter is dan toppen.

Toppen zonder stress

Naast fimmen en toppen is het zogenoemde stressloos toppen ook een mooie gulden middenweg. Bij deze methode top je de plant, maar haal je alleen het allerkleinste groeipuntje weg. Zo behoud je net als bij een geslaagde fim-actie de kleinste groeipunten, net onder het hoofdtopje. En ondervind de plant eigenlijk nauwelijks stress.

Stressloos toppen is verder ook heel gemakkelijk, en kun je gewoon met je handen doen. Je vouwt de kleinste blaadjes in de groeipunt naar buiten, tot je het kleine groeipuntje ziet. Die duw je vervolgens met je vinger voorzichtig opzij, tot hij vanzelf afbreekt. Easy does it!

Toppen zonder stress: haal alleen het allerkleinste groeipuntje weg.

[Openingsfoto: Venera Koiava, Shutterstock]
(advertentie)