- Je eigen wietsoorten en kruisingen maken
- Wat de pH-waarde of zuurtegraad met voedingswater doet
- Lieve Muna, wat doe ik verkeerd met deze zaailing?
- Jawel, hier zijn ze weer: de mooiste CNNBS ‘oogstepunten’ van 2024!
- Kijk, dit oogstten ze in het buitenwietland dit jaar
- Bubba Diesel wordt witter en witter …maar niet veel dikker…
Pinching: takken ‘afknijpen’ om strek te verminderen
In de overgang van de groei naar de bloeifase strekken de meeste wietplanten flink de hoogte in. Er zijn veel manieren om deze groei te beperken maar van pinching heb je misschien nog nooit gehoord. Bij deze methode hoef je niets te snoeien, buigen of te knakken. Pinching is dan ook heel subtiel, en ideaal voor een perfect egaal bladerdek!
Buiten is het meestal geen probleem als een wietplant erg hoog wordt, of als er toppen zijn die boven de rest van het spreekwoordelijke ‘maaiveld’ uitsteken. Zolang de buren er geen last van hebben kun je die hoge takken en toppen gerust laten zitten. Binnen is het een ander verhaal, daar heb je letterlijk ALTIJD een plafond om rekening mee te houden.
Een egaal & ideaal bladerdek
Wietplanten kunnen binnen helaas niet onbeperkt groeien zoals buiten. Ze kunnen dan letterlijk tegen de lamp lopen en verbranden door de hitte of het felle licht. Dat niet alleen maar uitschieters zorgen er ook voor dat de kweeklamp hoger gehangen moet worden. Alle andere toppen die wat lager groeien krijgen hierdoor minder licht, en worden dus minder zwaar dan zou kunnen.
Een egaal bladerdek is dan ook een ideaal bladerdek. Met alle groeipunten op gelijke hoogte kan je kweeklamp op de perfecte hoogte hangen. Op deze hoogte groeien alle hoofdtoppen in de sweet spot waar ze de maximale hoeveelheid licht krijgen. En omdat licht het oogstgewicht dicteert, kun je het maximale aantal grammen oogsten met een egaal en vlak bladerdek en je kweeklamp op de ideale hoogte.
Pinching?
Het zal dan ook geen verrassing zijn dat er vele manieren en methodes zijn om de groei van wietplanten te manipuleren. Kwekers kunnen hun wietplanten bijvoorbeeld toppen, scroggen en supercroppen om de hoogte te beperken. Deze methodes zijn effectief genoeg en hebben hun eigen voor- en nadelen, net als pinching. We raden je dan ook aan om pinching aanvullend te gebruiken, naast andere methodes.
Pinching is wat subtieler dan toppen en scroggen. Het zorgt er niet voor dat een top of tak ineens een stuk korter wordt, maar is een manier om de groei af te remmen. Het is hierdoor ideaal om de puntjes op de ‘i’ te zetten; door snel groeiende takken tijdelijk af te remmen kun je een perfect egaal bladerdek kweken.
Afknijpen
Pinching is het afknijpen van een stam of tak om de sapstroom en daarmee de groei te remmen. Je kunt het vergelijken met het afknijpen van een rietje. Hoe nauwer de doorgang, hoe minder vloeistof er doorheen kan.
In het geval van een wietplant hebben we echter meer dan één doorgang, namelijk een heleboel takken. Stel je daarom even voor dat je een glas cola drinkt door twee rietjes, een dikke en een dunne. Het dikke rietje vertegenwoordigt de hoofdstam, en het dunne rietje stelt een van de zijtakken voor. In een normale situatie (dus zonder te pinchen) krijg je via het dikke rietje veel meer cola binnen.
Zou je het dikke rietje nu tussen je vingers plat knijpen, dan vloeit het meeste cola ineens door het dunnere rietje. En zo werkt pinching ook, door de hoofdstam (of andere sneller groeiende takken) tussen je duim en wijsvinger te knijpen en een beetje te kneuzen, knijp je een deel van de sapstroom af. De andere (zij)takken krijgen naar verhouding nu tijdelijk meer sappen.
Met pinching kun je voorkomen dat een (hoofd)tak almaar langer en langer wordt, en ervoor zorgen dat alle takken even hoog worden.
(advertentie)