- Canada • De impact van legale wiet op georganiseerde misdaad
- Buitenwiet test ’24 update #25: croptober eist haar tol
- Stoppen met roken maar toch wiet inhaleren? Aan de vaporizer!
- De bloeiperiode van wiet: tel je vanaf 12/12 of de eerste bloeiharen?
- Buitenwietseizoen 2024 met Gefjon Grow (deel #15)
- Het verschil tussen natuurlijke & kunstmatige voeding (bio vs. mineraal)
Wat kun je nog met een hermafrodiete wietplant?
Als je dit leest heb je misschien een hermafrodiete wietplant gekweekt. Of misschien heb je een vermoeden dat een van je wietplanten een hermafrodiet is, maar weet je het niet zeker. Hoe dan ook, het is geen goed nieuws als je een hermafrodiete wietplant hebt maar in sommige gevallen kun je je oogst toch nog redden.
Hermafrodiete wietplanten zijn planten waarbij de mannelijke en de vrouwelijke geslachtskenmerken aan dezelfde plant groeien. Wietplanten zijn in principe echter tweehuizig ofwel tweeslachtig. Dat betekent dat er mannelijke planten zijn met mannelijke geslachtskenmerken, en vrouwelijke planten met vrouwelijke geslachtskenmerken.
De mannelijke planten produceren bloemen met stuifmeel. Het stuifmeel wordt door de wind meegenomen en wanneer het op de vrouwelijke bloemen terecht komt worden die bevrucht zodat er zaden in de vrouwelijke bloemen kunnen groeien.
Hermafrodieten
Dat is bij wietplanten in principe de normale gang van zaken. Maar alle wietplanten kunnen in principe ook éénhuizig worden en zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen produceren. Sommige wiet- en hennepsoorten zijn zelfs altijd éénhuizig en hebben altijd mannelijke en vrouwelijke bloemen tegelijk.
Voor wietkwekers zijn zulke hermafrodiete exemplaren slecht nieuws, want alleen onbevruchte vrouwelijke wietplanten leveren een goede oogst op. Voor commerciële kwekers met veel wietplanten zijn hermafrodiete exemplaren zelfs funest, aangezien zij te veel wietplanten kweken om hermafrodieten te kunnen opsporen. Hobbykwekers met een klein aantal planten kunnen hun oogst in veel gevallen echter nog wel redden.
Verschillende soorten herma’s
Of een hermafrodiete wietplant ten dode opgeschreven is, of dat er nog wat te redden valt, hangt sterk af van het soort hermafrodiet. Er zijn namelijk drie verschillende vormen van hermafrodiete wietplanten te onderscheiden. Het is dus belangrijk dat je weet waarom een wietplant hermafrodiet is, voordat je besluit of de plant nog gered kan worden of niet.
Volledig hermafrodiet (genetisch)
De eerste reden waarom een wietplant hermafrodiet is, ligt in de genen. Deze planten hebben ouders die waarschijnlijk ook hermafrodiet waren, en dragen de hermafrodiete eigenschap gewoon in hun DNA. Er is niets dat je kunt doen om te voorkomen dat zo’n plant hermafrodiet wordt, en het aantal mannelijke bloemen – een soort ballen op steeltjes is ongeveer gelijk aan het aantal vrouwelijke calyxen met bloeiharen.
Uit commercieel gefeminiseerd zaad zouden zulke planten nooit moeten groeien. Meestal komen ze voort uit zaden die gevonden zijn in een zakje wiet. Kweek daarom altijd uit goed zaad en nooit zomaar een zaadje dat je ergens gevonden hebt. Deze vorm van hermafrodie ziet er ongeveer zo uit als op de foto hieronder.
Genetische hermafrodiete wietplanten zitten vol met mannelijke bloemknoppen. Hier en daar zie je nog wel wat vrouwelijke bloeiharen maar het is een onbegonnen werk om deze planten nog te redden. Wanneer je een top zoals hierboven in je kweekruimte hebt, neem de plant dan onmiddellijk weg en vernietig hem voordat de mannelijke bloemen zich openen en hun stuifmeel loslaten.
Banaantjes als overlevingsstrategie
De tweede reden waarom een wietplant hermafrodiet wordt, is uit overlevingsdrang. Wanneer zo’n wietplant op een of andere manier bedreigd (gestresst) wordt, probeert ze zichzelf voort te planten met haar eigen stuifmeel. Bedreigingen kunnen stress gerelateerd zijn, zoals bijvoorbeeld wanneer het lichtschema verstoord wordt of bij grote temperatuurschommelingen.
Toppen, scroggen en snoeien kunnen ook redenen zijn maar meestal maken zulke planten aan het einde van de bloeifase een paar losse mannelijke stampers aan omdat ze ‘voelen’ dat ze aan het einde van hun bloeifase nog altijd niet bevrucht zijn. Deze enkele losse stampers steken dan hier en daar uit de toppen. Ze worden ook wel ‘banaantjes’ genoemd omdat ze op kleine gele banaantjes lijken, kijk maar.
Wanneer je aan het einde van de bloeifase hier en daar zo’n banaantje ziet, maak je er dan niet al te druk over. De bloeifase is grotendeels voorbij en het grooste deel van je wiet is vrij van zaad. Pluk de banaantjes die je ziet gewoon weg en bloei je wiet af zoals je dat gewend bent. Het kan gebeuren dat je na de oogst hier en daar een zaadje vindt, maar dat mag de pret niet drukken.
De zaden die je in een wietplant met enkele banaantjes vindt, kun je trouwens goed kweken. Ze zijn in principe gefeminiseerd en dus vrouwelijk. Ze zullen zelf waarschijnlijk ook weer aan het einde van hun bloeifase wat banaantjes vertonen.
Ballen in de oksels
De derde vorm van hermafrodie lijkt op de eerste en is net zoals de eerste vorm, genetisch van aard. Alleen in tegenstelling tot de eerstgenoemde vorm, groeien de mannelijke bloemen niet kris kras door de hele top, maar blijft het bij een aantal knoppen in de oksels van de nodes.
Deze vorm van hermafrodie komt bij sommige soorten voor die niet goed gefeminiseerd zijn, en is te behandelen. Het kost je wel veel tijd want je zult iedere mannelijke knop één voor één moeten verwijderen, voordat die zich opent en zijn stuifmeel verspreidt. Hiervoor moet je dus vanaf het begin van de bloeifase dagelijks op mannelijke ballen (knoppen) inspecteren en deze voorzichtig verwijderen. Zo ziet het eruit: