(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Nog maar een paar decennia geleden werd ons gedoogbeleid ingevoerd en verbaasde Nederland de rest van Europa. Onze coffeeshops maakten van ons land een paradijs voor blowers waar de politiek zich in het buitenland tegelijkertijd voor schaamde. En dat is sinds de invoering van het polderwietmodel min of meer zo gebleven. 

Dit artikel is een vertaling van een artikel op Joe’s blog op de site van Dutch Passion. Je vind er wekelijks een uitstekend stuk. Neem er eens een kijkje.

Vanaf de jaren ’80 zijn er verschillende politieke campagnes geweest die een einde wilden maken aan ons tolerante drugsbeleid en de coffeeshops voorgoed probeerden te sluiten. Vandaag de dag is het in de Amsterdamse coffeeshops echter drukker dan ooit. Onze politieke leiders zijn verdeeld, sommigen willen het liefst het model van Colorado volgen en cannabis volledig legaliseren maar helaas zijn er ook genoeg die cannabisliefhebbers het leven graag zo moeilijk mogelijk maken. De wietsceptische mensen domineren de laatste jaren jammer genoeg de Nederlandse politiek maar hebben gelukkig geen einde kunnen maken aan onze cannabistolerantie.

De politieke opinie is aan het veranderen en als het snel genoeg verandert kan Nederland wederom Europa’s spirituele cannabishoofdstad worden

De politieke opinie is aan het veranderen en als het snel genoeg verandert kan Nederland wederom Europa’s spirituele cannabishoofdstad worden. Onze minister Ivo Opstelten van justitie drukt echter alle progressieve cannabis ideeën de kop in. Een van zijn bezwaren zijn de afspraken van de Verenigde Naties over drugs.

Het is wel opmerkelijk dat de internationale collega’s van Opstelten zich minder zorgen maken over het breken van internationale afspraken. De Amerikanen hebben openlijk elke drugsregel aan hun laars gelapt toen de federale overheid toestond dat Colorado en Washington wiet legaliseerden. Ook Uruguay heeft zonder moeite alle internationale afspraken van de rest van de wereld genegeerd door cannabis als eerste land ter wereld volledig te legaliseren.

Opstelten_Drugsdebat_28032012_2021

Minister van Justitie Ivo Opstelten

Dus moet Opstelten zich druk maken over internationale verhoudingen wanneer Nederland een grote stap zou nemen in de richting van het gezonde verstand en cannabis legaliseert? Nederland heeft een paar belangrijke redenen waarom het Europa’s Colorado zou moeten worden. Het huidige gedoogbeleid geeft cannabis een semilegale status die de internationale politiek oncomfortabel maakt. Burgemeesters door het hele land bekritiseren openlijk het beleid omdat de productie van wiet voor de coffeeshops ongeregeld en onbelast is. Er zijn twee opties om de problemen aan te pakken.

De ene is om alle coffeeshops te sluiten en de markt over te dragen aan straatdealers. Dit zal uiteraard niet gebeuren, aleen in Amsterdam zou de gemeente al een jaarlijks miljoenenverlies lijden doordat toeristen dan wegblijven. Dan blijft de enige zinnige optie over en dat is om een systeem te legaliseren waarin gereguleerde commerciële teelt van wiet voor de bevoorrading van de coffeeshops zorgt.

Maar het is onwaarschijnlijk dat de huidige minister president Rutte en minister Opstelten de politieke moed en leiderschap hebben om legale cannabisteelt in Nederland toe te staan. Dat geeft ons wederom twee opties. Ofwel we wachten tot nieuwe verkiezingen en een nieuwe minister van justitie, wat sowieso niet lang meer duurt. Of de regionale burgemeesters negeren Opsteltens koppige beleid en beginnen de aanvoer van de achterdeur gewoon te regelen. Als ze dat zouden doen zou het een politieke ramp voor Opstelten betekenen. Het probleem is dat de meerderheid van de burgemeesters graag willen reguleren en dat veel van hun ook nog eens lid zijn van de VVD, Opsteltens eigen partij. De minister wil geen politiek gevecht met kopstukken uit zijn eigen partij, maar kan zich ook niet permitteren om zich van zijn partij af te scheiden, zeker niet aangezien hij het slecht doet in de publieke opinie. Het is een positie waarin hij niet kan winnen, en de grootste reden waarom er ergens iets moet gaan buigen.

Maar er kan een manier zijn waarop Opstelten zich uit de oncomfortabele hoek kan wurmen. Yuri Fedotov is voorzitter van UNODC, de VN organisatie die gaat over ‘drugs en criminaliteit’. Hij gaf onlangs een opmerkelijke uitweg voor Opstelten. Op de vraag of Nederland wiet kon reguleren, antwoordde hij duidelijk door te zeggen dat de VN geen dwangduis zijn voor de lidstaten en dat er geen sancties staan op het breken van de afspraken, tot slot zei hij nog dat het aan elke individuele overheid is om te besluiten of ze zich aan de regels houden of niet.

In 1999 waren de drugs afspraken van de VN nog keihard, maar nu is het dus een geval van ‘doe maar wat je wil’. De bal is daarmee gekaatst en ligt dus weer bij de politiek om te beslissen of ze de moed hebben om de juiste beslissingen te nemen. Ze kunnen zich niet meer verschuilen achter de Verenigde Naties in ieder geval.

Er waait in Nederland wel een wind van politieke verandering. D66 is uitgesproken voor een modern cannabisbeleid en hebben het bij de gemeenteraad verkiezingen onlangs goed gedaan. In de grote steden Amsterdam en Utrecht zijn ze de grootste partij.

Wellicht wordt Nederland in de nabije toekomst toch het Colorado van Europa. Maar op het moment kijkt Europa nog met grote ogen naar Noord en Zuid Amerikaanse politici om de echte politieke moed te tonen die nodig is om nieuwe drugswetten te maken die ten diest staan aan gewone mensen in plaats van aan georganiseerde criminelen.

 

(advertentie)