(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

We hebben al vaker geschreven over het onofficiële onderscheid dat in de cannabiswereld gemaakt wordt tussen indica’s, sativa’s en kruisingen tussen die subsoorten. De benaming van deze subsoorten cannabis blijkt niet correct te zijn, en nieuw onderzoek wijst nu uit dat het verschil vooral in de terpenen zit.

Wanneer je in de coffeeshop of bij een zadenbedrijf voor een wietsoort gaat shoppen, kun je er eigenlijk niet omheen; de termen indica en sativa worden vrijwel altijd gebruikt om een wietsoort en de effecten ervan te voorspellen. Niet alleen zadenbedrijven maar ook coffeeshops, patiënten, wietliefhebbers en wijzelf gebruiken de de namen indica en sativa om wietsoorten te beschrijven.

Officieel is er maar één botanische benaming voor cannabis en dat is Cannabis sativa L, maar er is in de branche zelf eigenlijk niemand die deze officiële benaming gebruikt. De termen sativa, indica en hybride (een kruising tussen sativa’s en indica’s) worden wél wereldwijd gebruikt om de effecten, smaken en andere eigenschappen van wietsoorten mee aan te geven. Eerder onderzoek wees al uit deze termen niet kloppen met de genetische achtergrond. Een nieuw onderzoek onderstreept dat; het zijn vooral de smaakstoffen die het verschil tussen wietsoorten uitmaken.

Indica’s en sativa’s, ze verschillen eigenlijk vooral in terpenenprofielen. Foto: Girish Menon

149 Soorten Nederwiet onderzocht

Sativa’s en indica’s zijn mogelijk dus niet afkomstig van twee verschillende voorouders, zo blijkt uit een studie van de Canadese Dalhousie Universiteit in samenwerking met de Nederlandse mediwiet-producent Bedrocan. Het onderzoek richtte zich op de genetische verschillen tussen zogenaamde indica en sativa wietsoorten. 149 Nederlandse wietsoorten werden onderzocht en vergeleken met die van hun zogenaamde sativa- of indica-voorouders.

149 Nederlandse wietsoorten werden onderzocht en vergeleken met die van hun zogenaamde sativa- of indica-voorouders

De zogenoemde indica en sativa wietsoorten bleken in de test niet zo duidelijk te verschillen als je op basis van hun indica of sativa label zou verwachten. De terpenenprofielen, oftewel de smaak en geurstoffen in de wietsamples bleken echter wel met de genetische verschillen tussen de soorten overeen te komen. Het is dus maar de vraag waar de voorouders van sativa’s en indica’s precies vandaan komen. De termen indica en sativa lijken veel meer te zeggen over de terpenenprofielen en het chemotype van de 149 Nederlandse wietsoorten, dan de genetische achtergrond.

Terpenen maken het verschil

Het is hoogstwaarschijnlijk dat zadenbedrijven en kwekers wietsoorten jarenlang eigenlijk geclassificeerd hebben op basis van de typische geur en smaak, in plaats van hun genetische voorouders. Dat wordt ook nog eens onderstreept naarmate we meer leren over de effecten van geur- en smaakstoffen op de high. Zo blijkt de welbekende couch-lock (het verdovende gevoel dat je aan je bankstel vast lijkt te zitten na het roken van een indica) vooral veroorzaakt wordt door de aanwezigheid van de smaakstof Myrceen. Dit terpeen komt in zogenaamde sativa’s nauwelijks voor, waardoor die vaak een wat actiever effect geven.

Op basis van terpenenprofielen kan een veel betere voorspelling van het effect gedaan worden dan op basis van een percentage aan sativa of indica. Foto: MWesselPhoto, Shutterstock

Bedrocan zelf werkt al aan een nieuwe classificatie van hun wietsoorten op basis van terpenenprofielen, in plaats van de huidige op basis van percentages aan indica of sativa genen. Zo’n nieuwe classificatie zou de effecten van cannabis ook in de rest van de branche veel duidelijker kunnen omschrijven, maar daar is dan wel een chemische analyse en waarschijnlijk legale wiet voor nodig.

(advertentie)