- World Soil Day: onze beste kweekartikelen over aarde
- Video: introductie in kweekmediums | aarde, kokos en hydrologische bodems
- Wat zeggen de experts over zes jaar legale wiet in Canada?
- Bubba Diesel van dichtbij & gezonde stekken en zaailingen
- CannaTommy vindt opnieuw schimmel in zijn Bedrocan wiet
- Aftellen naar hét cannabis congres van 2024, op een iconische plek
’t Modmeisje hoort stemmen
De straten lijken vol te stromen met mensen die in zichzelf praten en stemmen horen. Best gezellig hoor, maar wie zijn nou eigenlijk de echte gekken, vraagt ‘t Modmeisje zich af.
Mensen die in zichzelf praten
Op straat zie je ze steeds vaker: mensen die in zichzelf praten. Soms doen ze dat zachtjes en fluisterend, dan weer luidruchtig en schreeuwend. De ene keer doen ze het met de air van een zelfverzekerde zakenman of hipster. De andere keer doen ze het als een onzekere huismoeder of zemelen etende zenuwenleider die vooral niet te veel wil opvallen.
Het is vaak moeilijk in te schatten of je te maken hebt met authentieke gekken. Je weet wel, van die gasten die een orkest van stemmen in hun hoofd willen overschreeuwen of die denken dat ze het woord van God krijsend moeten doorgeven aan de rest van ons gewone stervelingen. Of dat je te maken hebt met mensen die vergroeid zijn met hun mobiele telefoon en headset en die schijnbaar niet kunnen wachten tot ze thuis of op kantoor zijn om een telefoongesprek te voeren.
De vraag is ook eigenlijk: wie van de twee is er nu gekker? Want wat ik toch allemaal ongewild opvang van mensen die in hun mobieltje lopen te tetteren. Zo zat ik laatst in de trein toen er aan de andere kant van het gangpad een mobieltje overging. Een Rotterdamse begon met een schelle luide stem een telefoongesprek te voeren en zei dingen als: ‘Ja mijn kutttt was he-le-maal uitgescheurd toen Nikki geboren werd, van mijn navel tot mijn anus!’ Mijn sluimerende kinderwens verdween hiermee in elk geval als sneeuw voor de zon.
Zelfs toen er een lekker blondje langsliep, kwam er geen reactie uit. Dus floot ik zelf maar naar haar
Misselijk begaf ik me daarom naar het gangpad in diezelfde trein. Daar ging ik zitten naast drie knullen die zo verdiept waren in hun iPhone, die aan hun handen gelijmd leek, dat ze de hele treinreis geen woord met elkaar wisselden. Zelfs toen er een lekker blondje langsliep, kwam er geen reactie uit. Dus floot ik zelf maar naar haar. Hoofdschuddend keek ik naar de jongens. Dankzij de mobiele telefoon ontstaat er een hele generatie autisten. Een generatie die overigens snel weer zal uitsterven. Want hoe dit soort gasten ooit een echt meisje het bed in moeten lullen en daar verwennen (iets waarvoor je echt je mobieltje een tijdje moet loslaten) is mij een raadsel.
De echte gekken – die zonder iPhone en headsetje – hebben tenminste nog een excuus voor hun onbeschofte gedrag. Zij kunnen hun toestel (hun hoofd in dit geval) niet zomaar uitzetten. Bovendien is de echte gek een stuk gezelliger. Ze maken tenminste nog oogcontact. Zo zat ik van de week in mijn buurtcoffeeshop toen een gek zijn gezicht tegen de ruit duwde en mij en mijn rookvriend razend aankeek. ‘Ivo komt jullie halen!’ schreeuwde hij. Na drie uur van dit soort praat hebben we de gordijnen laten zakken, want het moest nou ook weer niet te gezellig worden. Maar je kan niet ontkennen dat dit soort gekken hun best doen contact te krijgen.
In de shop roken
Overigens poneerde de vriend waarmee ik in de shop zat te roken die middag een interessante stelling. Hij zei: ‘Misschien zijn dit soort mafkezen wel de enige die echt begrijpen hoe de wereld in elkaar steekt. En zijn wij gekken.’ Ik dacht hier toen diep over na, want ik was apestoned. Ik keek om me heen, naar de andere shopgasten die samen waren, maar toch vooral alleen. Want allemaal waren ze bezig met hun mobieltje. In de krochten van mijn gedachten hoorde ik ineens een piepstem die zong: ‘Dat kan kloppen.’ ‘Ja’, antwoordde ik de stem hardop terug: ‘Je zou weleens gelijk kunnen hebben.’
(advertentie)