(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Buitenwietseizoen 2024 moet nog beginnen maar als het aan ons ligt wordt het jouw mooiste buitenwietjaar ooit. Met de juiste voorbereiding groeien en bloeien wietplanten buiten namelijk veel beter, en ben je vervelende kweekvalkuilen voor. Op naar een geweldige oogst met tien buitenwiet kweektips. Daar steek je nog eens wat van op! 😁

Buiten wiet kweken in de zomer is makkelijk zat. Voor een geweldige oogst heb je echter een goede planning nodig, en moet je wel een beetje weten wat je doet. Maar geen nood want in dit artikel tippen we je alle ‘kweekgeheimen van de smid’ die je nodig hebt voor een geweldig buitenwietjaar!

Tip 1: kweek buitenwiet

De beste buitenwiet kweek je met wietzaden die geschikt zijn voor ons klimaat. Dat klinkt misschien voor de hand liggend maar vergis je niet. Ieder jaar zijn er weer vele kwekers die buiten met binnen-wietsoorten aan de gang gaan. Zulke planten groeien in Nederland en België best wel goed maar leveren zelden een goede oogst op.

Binnen-wietsoorten zijn immers veredeld om binnen te kweken, of buiten in tropische gebieden met lange droge zomers. In de lage landen beginnen zulke soorten vaak te laat aan hun bloeifase, waardoor ze in de herfst nog lang niet klaar zijn. En als ze dat wel zijn krijg je in de herfst vrijwel zeker met toprot te maken.

Gebruik dus geen binnenwietzaden als je buiten gaat kweken maar koop wietzaden die voor ons klimaat ontwikkeld zijn. Deze beginnen lekker snel aan hun bloeifase, en zijn minder gevoelig voor schimmels als meeldauw en toprot.

Voor speciale buitenwietzaden kun je het beste bij Nederlandse zadenbedrijven shoppen. Die hebben immers al jaren ervaring met ons klimaat. Er zijn dan ook genoeg geschikte buitensoorten te vinden bij zadenbanken als Sensi Seeds, Serious Seeds, Spliff Seeds, Dutch Passion, Super Sativa Seed Club en Seed Stockers. Zoek op zaden die geschikt zijn voor het Nederlandse klimaat.

Kies een buitenwietsoort zoals deze Fast Bud Outdoor van Gweedo.

Mocht je toch graag tropisch smakende Cali-soorten of bepaalde binnenwiet willen kweken, kies dan voor de autoflower variant van die soort. Autoflowers kun je in De Lage Landen namelijk wel prima kweken buiten, en dit komt omdat deze wietsoorten een kortere levenscyclus hebben.

Autoflowers voltooien hun gehele leven namelijk in een week of 12, en gaan ongeacht de daglengte vanzelf in bloei. Hierdoor zijn ze veel eerder klaar om te oogsten, en heb je geen last van de kou en regen van het najaar.

Tip 2: spreid je kansen met autoflowers én fotoperiode strains

Nederland is een kikkerlandje met wisselvallig weer. De mooiste maanden zijn mei, juni, juli en augustus maar als je pech hebt kan het dan ook gewoon regenen. Misschien wordt het wel een hele mooie lente, en krijgen we een heerlijke nazomer. Kortom: je kunt eigenlijk nergens op rekenen 😝

Spreid je kansen daarom dit jaar, en zorg dat je voor elk scenario klaar bent. Ontkiem in mei dus niet alleen fotoperiode wietzaden om in oktober te oogsten, maar laat ook wat autoflowers groeien en doe er ook maar wat vroeg bloeiende semi-autoflowers bij. Dan heb je sowieso wat lekkers te oogsten …als het een beetje meezit tenminste…

Tip 3: ontkiem autoflowers pas in mei

Tenzij je in 2024 meerdere generaties autoflowers gaat kweken buiten, kun je die beter niet te vroeg ontkiemen en zaaien. Autoflowers hebben zoals we eerder al uitlegden namelijk een vaste levenscyclus van een week of 12. Ze komen daardoor het beste tot hun recht tijdens de zomermaanden mei, juni en augustus. Dan krijgen ze het meeste licht-uren en is de temperatuur (waarschijnlijk) ook het hoogste.

Autoflower wiet

Zaai autoflowers niet te vroeg maar kweek ze in de mooiste zomermaanden mei, juni, juli en augustus.

Tip 4: kweek gemakkelijk in de volle grond

Als je een zonnige tuin hebt dan heb je geluk want dan kun je gemakkelijk wietplanten in de volle grond kweken. Dat niet alleen maar in de volle grond kunnen wietplanten ook ongelimiteerd groeien en water en voeding opnemen.

Zet je planten dus gewoon direct in de grond van je tuin. Je zult merken dat je wietplanten bijna geen water of voeding nodig hebben. De wortels kunnen zo lang worden als nodig is om water te bereiken, en in een tuin met voldoende organisch materiaal in de grond is voeding ook geen enkel probleem.

Hou er wel rekening mee dat wietplanten in de volle grond niet verplaatst kunnen worden. Even onder een afdak zetten als het regent, of dagelijks naar binnen halen om te verduisteren is er dan ook niet bij. Ook moet je je voorbereiden op hele grote wietplanten als je buiten fotoperiode gevoelige wietsoorten in de volle grond kweekt. Groene ‘dames’ van 2 bij 2 meter of zelfs nog groter zijn geen uitzondering.

Wietplanten in de volle grond krijgen vaak genoeg water en voeding van moeder natuur.

Tip 5: bereid je voor op veel regen

Iedere buitenkweker hoopt natuurlijk op een zonnige zomer maar in 2023 hebben we gezien dat het ook weken achtereen kan regenen in De Lage Landen. En dat kan dus zomaar ineens beginnen, dus het is slim om daar alvast rekening mee te houden.

Maak dus alvast een afdak waar je je bloeiende buitenwietplanten onder kunt zetten, of bedenk waar je planten anders voor de regen kunnen schuilen. Misschien heb je een schuur waar ze zouden kunnen staan op regenachtige dagen, en kun je daar een kweeklamp ophangen voor als het erg lang blijft regenen.

Wietplanten die nog in de groeifase zitten en dus nog geen toppen hebben, die kunnen wel tegen een beetje regen. Deze hoef je dan ook niet onder een afdak te zetten. Let er bij wietplanten die in potten staan echter wel op dat de aarde niet zeiknat regent. Dek de potten dan ook af om dat te voorkomen. Je kunt huishoudfolie  of omgedraaide plastic wegwerpborden. Knip het bord dan in en maak een gat in het midden voor de stam.

Houd rekening met regen. Regel een droog onderkomen en dek potten af met folie.

Tip 6: verklein de kans op ongedierte

Buiten groeien wietplanten in de natuur, en krijgen ze sowieso met allerlei beestjes te maken. Maak je dus ook niet meteen zorgen als je een keer een gat in een blaadjes ziet, of als er een slak rondkruipt. Het belangrijkste is dat je geen last van een plaag krijgt.

Probeer ongedierte dus zoveel mogelijk te voorkomen. Dit kun je doen door je tuin of balkon schoon te houden, zodat insecten en slakken zich er niet makkelijk schuil kunnen houden. Ga al in maart op slakkenjacht, ook als je nog geen wietplant hebt staan. In maart leggen slakken namelijk hun eieren (tot wel 400!). Dus elke slak die je nu bestrijdt, scheelt je ook meteen 400 nakomelingen.

Zorg er ook voor dat er geen zieke of dorre andere planten in je tuin groeien. Deze hebben namelijk een sterke aantrekkende werking op allerlei insecten, die de dode bladeren willen aanvreten.

Let ook op met bladluizen in combinatie met bloeiende autoflowers. Die bloeien namelijk in juli, wat ook de hoogtij dagen voor luizen zijn. De plakkerige beestjes zuigen de sappen uit de bladeren maar gaan ook op je toppen zitten, en zijn daar eigenlijk alleen met water weer af te wassen.

Beter voorkom je dus dat je autoflowers met bladluizen in aanraking komen, en daarvoor kun je mierennesten ook het beste vermijden. De mieren werken namelijk samen met de bladluizen en tillen de luizen je planten in. Dit doen ze omdat ze de bladluizen dan kunnen ‘melken’. Die scheiden namelijk een zoete stof af waar de mieren dol op zijn. Bestrijd mierennesten dus meteen als je ze in je tuin vindt!

Ga in maart al op slakkenjacht en voorkom een plaag later in het jaar.

Tip 7: verduister

Verduisteren is dé manier om fotoperiode gevoelige wietplanten buiten in bloei te zetten. Die bloeien namelijk pas als de dagen korter worden. Door te verduisteren kun je het korten van de dagen simuleren, en er zo voor zorgen dat wietplanten gaan bloeien wanneer jij dat wil. Zo kun je ze dan ook tijdens het mooie juli en augustus laten bloeien, en veel dikkere en beter afgebloeide wiet oogsten.

Door te verduisteren kun je buiten toppen oogsten die niet onder doen voor binnenwiet, en volgens velen zelfs beter is. Zaai je zaden eventueel wat eerder en laat je planten een tijdje binnen voorgroeien, zodat ze lekker groot zijn als je met verduisteren begint. Dan kun je niet alleen hele mooie maar ook heel veel lekkere buitenwiet oogsten.

Om effectief te verduisteren moet je ervoor zorgen dat een wietplant dagelijks 12 uur in het absolute donker staat. Je moet ze dus elke dag op hetzelfde moment verduisteren en ook niet vergeten om ze weer op tijd terug in de zon te zetten.

Sommige kwekers bouwen hele verduister tenten die ze over hun planten heen kunnen tillen. Staan je planten in potten dan kun je ze echter ook in een geblindeerde schuur zetten, en er ’s ochtends weer uithalen. Een zeil over een paar waslijntjes kan ook een mooie verduisterplek vormen.

Verduisteren van grote wietplanten gaat prima in een zelfgemaakte verduistertent van zwart-wit folie.

Tip 8: plant ook andere planten

Je wietplanten zijn natuurlijk je allermooiste planten, dat begrijpen we. Toch is het voor je wietplanten heel goed als je je ook om andere planten bekommert. Grote struiken en snel groeiende planten zoals mais kunnen je wietplanten om te beginnen alvast camoufleren, en uit het oog houden van dieven en petten.

Maar andere planten kunnen de kans op ongedierte op je wietplanten ook verkleinen. Zo zijn er planten zoals uien en knoflook om ongedierte af te schrikken maar er zijn ook planten zoals bijvoorbeeld zonnebloemen die nuttige insecten lokken. Tenslotte zijn er zelfs planten zoals witte en blauwe klaver, die stikstof uit de lucht halen en dat aan je wietplanten geven als voeding. Lees hier welke planten allemaal goed samengaan met wiet en wat ze doen.

Tip 9: maak wormtorens voor gratis voeding

Wormenpoep is een geweldige en bovendien biologische bron van voeding voor planten, en wietplanten zijn er dol op. Je kunt wormenmest dan ook kant en klaar kopen maar met een wormtoren krijgen je planten het vanzelf. Dat niet alleen maar de beestjes maken de aarde ook nog eens extra licht en luchtig voor je planten.

Een wormtoren maken is niet moeilijk, want dat is eigenlijk gewoon een buis met gaten erin, die je voor een deel ingraaft in de grond naast je wietplanten. Aan de bovenkant vul je de wormtoren met compost en krantensnippers, en de wormen nemen via de onderkant vanzelf intrek in hun nieuwe stulpje.

Wormtorens brengen wormen in je tuin voor gratis biologische voeding en luchtige grond.

Tip 10: laat toprot oprotten

Was het maar zo makkelijk… Zoals je waarschijnlijk wel weet is toprot namelijk een van de grootste nachtmerries voor buitenkwekers. Als je fotoperiode wietplanten kweekt (gewone gefeminiseerde zaadjes dus) en die niet eerder laat bloeien of in een kas kweekt, krijg je er in Nederland vrijwel altijd mee te maken.

Toch kun je de schade en mate van toprot wel beperken. Ten eerste natuurlijk door een Nederlandse buitenwietsoort te kweken en door voor een afdak te zorgen. Maar er is meer dat je kunt doen om de schade van toprot te beperken.

Toprot ontstaat wanneer het in het najaar kouder en natter wordt, en er veel vocht in de lucht zit. Als de toppen daardoor te nat worden, dan gaan die uiteindelijk van binnenuit schimmelen, en dit noemen we toprot. Het is dus belangrijk om wiettoppen zo droog mogelijk te houden.

Zoek daarom vooral een plekje in de wind voor je wietplanten. Wind zorgt ervoor dat toppen snel weer drogen en houden toppen ook langer droog.

Controleer dagelijks op toprot en voorkom dit horrorbeeld. Foto: Pong Pong, Shutterstock

Toprot is een schimmel die via minuscuul en onzichtbaar kleine sporen op je planten waait. Hoe minder van die sporen, hoe beter. Ruim je tuin daarom altijd goed op en zeker als je bijvoorbeeld rottende bladeren hebt liggen.

Controleer tenslotte vaak en veel op toprot in de laatste fase, en als het slecht weer is. Mocht er toprot ontstaan, kun je het dan meteen wegknippen. In het ergste geval moet je dan meteen oogsten maar soms kun je ook een deel oogsten, en de rest nog even de kans geven om verder te ontwikkelen.

[Openingsfoto: ing Dragon, Shutterstock]
(advertentie)