(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

ROLLING STONED TOP 50 #36   In oktober gebeurde er iets in de rechtbank wat nog niet eerder was vertoont. Een wiet kwekend echtpaar uit Groningen werd door de rechter namelijk niet gestraft omdat ze zeer netjes kweekten, belasting betaalden en alleen aan de coffeeshop wiet leverden. Rechters vinden steeds vaker dat de overheid het kweken zelf uitlokt met haar halfslachtige beleid en weigeren daarom om zich voor het karretje van Opstelten te laten spannen. Wij namen de werkwijze van de kwekers uit Groningen onder de loep om te kijken hoe anderen ook straffeloos wiet zouden kunnen kweken.

top50-36

Het is je ongetwijfeld niet ontgaan, de rechterlijke uitspraak tegen het Groningse wiet kwekende echtpaar John en Ines. Omdat de twee namelijk bijzonder netjes en in alle openheid te werk gingen heeft de rechter hun namelijk geen straffen opgelegd. Wil je weten hoe ze dat deden? 

In het grof gezegd heeft de rechter in de zaak van John en Ines voornamelijk besloten om geen straf op te leggen omdat het echtpaar hun wiet kweekte in lijn met het Nederlandse gedoogbeleid, zo goed mogelijk als dat voor hun kon. De rechter oordeelde daardoor dat de twee wel strafbaar waren – ze begingen immers een strafbaar feit (wiet kweken) – maar legde ze geen straf op, aangezien ze zo goed en eerlijk als mogelijk handelden binnen het Nederlandse gedoogbeleid.

Een legale wietkwekerij in de Amerikaanse staat Washington... daar kunnen wij alleen van dromen

Een legale wietkwekerij in de Amerikaanse staat Washington… kunnen wij dit ook?

Uiteraard gaat het Openbaar Ministerie nog in hoger beroep in deze zaak, maar toch is het slim om eens vanuit het perspectief van een kweker naar de zaak te kijken. Als jij wellicht ook zo goed mogelijk binnen het gedoogbeleid als kweker wil functioneren zeker. Dit is wat de Groningse John en Ines deden waardoor ze – vooralsnog – een straf ontliepen.

1. Ze kweekten uitsluitend voor gedoogde coffeeshops

De rechtbank: De achterdeurproblematiek speelt ook in deze strafzaak een rol. De rechtbank acht in dit kader van belang dat er in Nederland – in weerwil van het verbod in de Opiumwet – sprake is van een beleid waarbinnen verkoop van softdrugs van door de overheid gedoogde coffeeshops, gedoogd wordt. Nu de verkoop van softdrugs uit deze coffeeshops gedoogd wordt, impliceert dit ook dat de coffeeshops bevoorraad worden en mitsdien dat ten behoeve van die aanvoer, ook geteeld wordt. Over de vraag hoe die bevoorrading dan plaats moet vinden laat het beleid zich niet uit.

en verder: Verdachte en medeverdachte hebben voorts de door hen gekweekte hennep enkel en uitsluitend willen afleveren en afgeleverd aan twee gedoogde coffeeshops. Van grensoverschrijdende verkoop is voorts evenmin gebleken.

2. Ze stalen geen stroom

De rechtbank: Verdachte en medeverdachte hebben de benodigde elektriciteit op een verantwoorde en veilige manier afgenomen en de elektriciteitsrekeningen aan de leverancier betaald.

3. Ze genoten geen uitkering

De rechtbank: Verdachte en medeverdachte ontvingen, naast hun drugsinkomsten geen uitkering.

4. Ze gaven hun inkomsten over de verkochte wiet op en betaalden er netjes belasting over

De rechtbank: Zij hebben van hun inkomsten een administratie bijgehouden, deze inkomsten opgegeven aan de belastingdienst en daarover ook belasting betaald.

5. Ze gebruikten geen chemische bestrijdingsmiddelen

De rechtbank: Daarnaast hebben verdachte en medeverdachte bij hun hennepteelt geen chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt.

6. Ze kweekten veilig en veroorzaakten geen brandgevaar

De rechtbank: Verder is uit het dossier gebleken dat er bij de kwekerij geen sprake was van een brandgevaarlijke situatie.

7. Ze kweekten op een locatie waar ze niemand tot overlast konden zijn

De rechtbank: Ten aanzien van de hennepkwekerij van verdachte en medeverdachte is geen overlast in de nabije omgeving geconstateerd.

8. Ze hadden geen verdere banden met criminele organisaties of georganiseerde misdaad 

De rechtbank: Verdachte en medeverdachte hebben voorts de door hen gekweekte hennep enkel en uitsluitend willen afleveren en afgeleverd aan twee gedoogde coffeeshops. Van grensoverschrijdende verkoop is voorts evenmin gebleken.

Het oordeel

Zoals bekend verklaarde de rechtbank het stel wel schuldig, maar legde ze het kwekende stel uit Bierum geen straffen op. De rechbank zelf verwoorde de uitspraak als volgt:

Verdachte en medeverdachte hebben gelet op het voorgaande gehandeld binnen de belangrijkste doelstellingen van het door de overheid ontwikkelde softdrugsbeleid, te weten het belang van de volksgezondheid en het handhaven van de openbare orde.

In verband met voornoemde specifieke omstandigheden waaronder de feiten zijn gepleegd acht de rechtbank het raadzaam dat aan verdachte geen straf of maatregel zal worden opgelegd.

De rechtbank zal daarom verdachte met toepassing van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht schuldig verklaren zonder oplegging van een straf of maatregel.

Tot slot

De uitspraak van deze rechter is heel belangrijk voor het Nederlandse gedoogbeleid, en zal waarschijnlijk nog wel meer veranderingen teweeg brengen. Aan de andere kant komt er echter nog een hoger beroep in deze zaak. Laten we hopen dat ook deze uitspraak positief zal uitpakken voor John en Ines. Er is nu eenmaal een gedoogbeleid in Nederland en daarin is niets geregeld voor de Nederlandse kwekers. De rechter geeft met deze uitspraak een signaal af aan de politiek om nu ook de achterdeur van de coffeeshops eens fatsoenlijk te regelen. Let wel op: het houden aan de bovenstaande kweekvoorwaarden biedt helaas (nog) geen garanties in de rechtbank!

Een eerlijke kweker is geen spelbreker.

Openingsbeeld: docmonstereyes, 366A5060

(advertentie)