(advertentie)
(advertentie)
(advertentie)

Afgelopen tijd verschenen er enkele artikels in de Vlaamse media waarin melding werd gemaakt van misdrijven in verband met cannabisbezit. Het perfecte moment om aan de hand van deze praktijkvoorbeelden eens dieper in te gaan op aspecten als rechtszekerheid,  willekeur en prioriteit aangaande het Belgische cannabisbeleid. Aldus onze vliegende Vlaamse correspondent Daan, maker van de podcast CannabisKenners.

“Als je ziet hoe het Belgische parlement in 2003 tot die cannabiswetgeving kwam, dan zou je moeten zeggen dat er sindsdien eigenlijk niemand meer vervolgd had mogen worden die in het bezit van cannabis voor
persoonlijk gebruik werd aangetroffen.”  – Tom Goossens, advocaat

Advocaat Tom Goossens was eerder te gast in de cannabiskenners-podcast en gaf duidelijk aan dat een vervolging voor het bezit van cannabis voor persoonlijk gebruik en zonder verzwarende omstandigheden de laagste prioriteit heeft.

Op de website van justitie wordt dit gereduceerd tot een ‘lage vervolgingsprioriteit’ waarbij het gaat om een volwassen persoon in het bezit van maximum 3 gram en zonder verzwarende omstandigheden of verstoring van de openbare orde.

Heel wat vage begrippen maar hoe gaat het anno 2023 nu eigenlijk in de praktijk en wat kan de Belgische cannabisconsument hier allemaal uit leren?

“Hetzelfde gebeurde met Y.D. (21) en A.C. (35), maar opvallend is dat zij respectievelijk één enkele joint en 1,3 gram cannabis op zak hadden.”

Voor de vondst van 1 joint verscheen onlangs een persoon voor de rechtbank, na een politieactie aan het station van Kortrijk. Hij had de minnelijke schikking niet betaald en werd daarom gedagvaard. Het Nieuwsblad verwijst in haar berichtgeving naar het “gedoogbeleid”, maar “de context van de actie” is “wellicht” hier bepalend geweest.

Daarom is het belangrijk om steeds te informeren in welke context agenten juist een controle uitvoeren. Kwestie van te kunnen inschatten of een vervolging voor de correctionele rechtbank eventueel tot de mogelijkheden behoort binnen de Belgische lage prioriteit.

“De politie kon de twee vatten in Keerbergen met bijna een kilo aan
spacecake en -cookies in de wagen.”

In de Leuvense rechtbank hadden twee mannen een tijdje geleden nog minder geluk wat betreft de strafrechterlijke toepassing van de Belgische cannabiswetgeving. Ze werden na een bezoekje aan een Nederlandse coffeeshop namelijk in Keerbergen aangetroffen met bijna 1 kilogram aan spacecake.

De eerste de beste keukenprins of -prinses weet dat je voor een dergelijk baksel 225 gram bloem, 225 gram ongezouten boter, 200 gram kristalsuiker, 160 ml melk, 2 eieren, 1,75 theelepel bakpoeder, 0,5 theelepel zout en 5 gram cannabis nodig hebt.

Voor de aanwezige rechter klonk die 845 gram aan spacecake echter een pak indrukwekkender dan de realiteit. Noch deze realiteit, noch de lage prioriteit hield hem dan ook tegen om de liefhebbers van edibles te veroordelen tot een voorwaardelijke celstraf van 3 maanden en een even voorwaardelijke boete van 8.000 euro. Het strafblad krijgen ze er van de Belgische overheid gratis bij.

Het is dus niet aan te bevelen om binnen onze landsgrenzen cannabis op welke manier dan ook te verzwaren met of te verwerken in voedsel. De rechter van dienst mocht maar eens nooit naar Dagelijkse Kost kijken.

“In zijn woning vond de politie namelijk een gebruikershoeveelheid échte cannabis. Wel hadden de speurders gehoopt een veel grotere vis te vangen.”

Dat voor het Belgische gerecht de ene gebruikershoeveelheid de andere niet is, mocht een uitbater van een CBD-winkel in Oostduinkerke aan den lijve ondervinden. Na heel wat speur- en snuffelwerk van parket en
recherche in de shop en bij de uitbater thuis, bleef de buit beperkt tot een dergelijke hoeveelheid.

Het Openbaar Ministerie gaf zelf aan dat het zónder een gerechtelijk onderzoek onder leiding van een
onderzoeksrechter nooit tot een proces zou zijn gekomen.

Voor de rechter die in Veurne resideerde, was dit feit, noch de laagste prioriteit, noch de aangetroffen hoeveelheid relevant. Hij veroordeelde de man tot een boete van 1.520 euro en tevens mag hij voor de kosten van het speurwerk opdraaien.

“In de wagen trof de politie een zak aan met daarin 75 gram cannabis.”

Beter verging het een 40-jarige vader uit Diksmuide, die voor de rechter moest verschijnen omwille van het bezit van 75 gram cannabistoppen. Om het even te kaderen, dat staat ongeveer gelijk aan 150 joints aan het station van Kortrijk, 15 kilogram spacecake in een wagen te Keerbergen of 25 gebruikershoeveelheden in een CBD-shop te Oostduinkerke.

De procureur van dienst interpreteerde het gedoogbeleid echter net iets ruimer en vroeg de gunst van de opschorting. Hij voerde in zijn betoog immers aan dat niet elke consument telkens slechts voor 3 gram aankoopt.

Zo ook dus deze 40-jarige vader die graag een tijdje voort wou kunnen en tevens graag met zijn vrienden deelde. De aanwezige rechter ging mee in deze redenering. Enkel het vermanende vingertje mocht niet ontbreken, als ook het feit dat het slechts een éénmalige gunst betrof.

“Er is heel veel verwarring over wat nu de wettelijke status is van cannabis en welke sanctie men riskeert. Op juridisch vlak zorgt dit voor rechtsonzekerheid, wat vervolgens leidt tot rechtsongelijkheid.” – Tom Decorte, hoogleraar criminologie

Er vallen als Belgische cannabisconsument enkele belangrijke conclusies te trekken: koop in het groot en deel met vrienden, maar bak vooral geen cake en neem beter niet het openbaar vervoer.

Het mag duidelijk zijn dat de Belgische strafwetgeving aangaande cannabis anno 2023 uiteindelijk eerder gekenmerkt wordt door een hoge mate aan willekeur dan een bepaalde vorm van lage prioriteit…

[openingsbeeld: Marko Aliaksandr/Shutterstock, illustratie wietgokmachine: Moloko88/Shutterstock]
(advertentie)