(advertentie)
(advertentie)

De tijd waarin praktisch elke cannabis liefhebber zich bediende van een joint of puurpijpje zijn allang voorbij. Tegenwoordig kun je op veel meer manieren THC in je systeem krijgen. Maar zoals bij alles in het leven zitten er aan elke toedieningsmethode voor- en nadelen. CNNBS zet het allemaal handig op een rijtje voor je!

Overzicht van cannabis consumptiemethoden en populariteit

Voordat we de individuele methoden behandelen, enkele cijfers ter context:

  • In een recente Amerikaanse studie onder volwassenen die cannabis gebruiken staat het roken (blowen) fier op de eerste plaats met 77%. Daarna volgen edibles (37%), vapen (34.8%) en dabben (15%). Andere consumptiemethoden van cannabis zoals topicals, orale absorptie en pillen/capsules scoren veel lager.
  • In Nederland moeten we ons baseren op een oudere studie uit 2019, waaruit blijkt dat het roken van wiet of hasj veruit het populairste is en slechts 5,3% van de consumenten cannabis verdampt.

Samenvattend: roken is nog steeds de dominante consumptiemethode, maar alternatieven zoals edibles, vapen en dabben winnen terrein. Met de cijfers in gedachten behandelen we nu de methoden stuk voor stuk.

1. Roken (combustie)

Beschrijving: De klassieke methode: cannabisbloem (wiettop) wordt verbrand en de rook wordt ingeademd. Dit kan via een joint, spliff (met tabak), bong, pijp, etc.

Voordelen

  • Snel effect: de werkzame bestanddelen (zoals THC) komen razendsnel in bloed en hersenen via de longen, waardoor de gebruiker snel effect ervaart.
  • Bekend, gemakkelijk beschikbaar (in omgevingen waar gebruik is toegestaan).
  • Dosering kan relatief makkelijk uitgeprobeerd worden (minder vertraging tussen gebruik en effect).

Nadelen

  • Verbranding produceert rook met verbrandings­producten (teer, koolmonoxide, andere toxische gassen) die schadelijk kunnen zijn voor de longen en het cardiovasculair systeem.
  • Wietrook ruikt sterk en kan sociaal minder acceptabel zijn; ook passieve inademing kan een issue zijn.
  • Efficiëntie is niet optimaal: een deel van de werkzame stoffen gaat verloren door verbranding.
  • Mogelijk sneller tolerantie of gewenning door het snelle effect en de “rituele” omgang.
  • Specifiek: recent onderzoek suggereert verhoogd risico op hart- en vaat­problemen bij frequent roken van cannabis.

Conclusie

Roken is dus een ‘klassieke’ methode met vertrouwdheid en snelle werking, maar ook met de grootste potentiële nadelen qua fysieke schade door rook/­verbranding.

2. Vapen (verdampen)

Beschrijving: In plaats van verbranding wordt cannabis (bloem, olie of concentraat) verhit tot een temperatuur waarbij de cannabinoïden verdampen zonder veel verbranding. De damp wordt ingeademd.

Voordelen

  • Minder verbrandingsproducten: omdat er geen of veel minder verbranding plaatsvindt, ontstaan er minder teer, koolmonoxide en andere schadelijke gassen dan bij roken.
  • Snelle werking (vergelijkbaar met roken) – de ‘inhalatie route’ blijft behouden.
  • Geur­armer en sociaal daarom ook minder storend dan roken (wel afhankelijk van apparaat/setting).

Nadelen

  • Verhitting/damp is niet automatisch volledig onschadelijk: er kunnen nog steeds schadelijke stoffen ontstaan, afhankelijk van temperatuur, materiaal, apparaat, toevoegingen.
  • Apparaten en cartridges kunnen technisch of onderhouds­gevoelig zijn; kwaliteit/zuiverheid is belangrijk.
  • Mogelijk hogere risico’s op misbruik of intensiever gebruik door gemak/discretie, en er is sprake van relatief nieuwere data waardoor langetermijnrisico’s minder goed onderzocht zijn. Bijvoorbeeld: vapen werd geassocieerd met gebruik in auto…
  • In sommige gevallen is de concentratie THC hoger, wat het risico op overgebruik of onaangename bijwerkingen kan vergroten.

Conclusie

Vapen kan een ‘middenweg’ zijn tussen roken en niet-inhalatie methoden: snelle werking, potentieel minder rookgerelateerde schade, maar zeker niet zonder risico’s en kwaliteit/controle is belangrijk.

3. Dabben (concentraat gebruik)

Beschrijving: Gebruik van hooggeconcentreerde cannabisextracten/­concentraten (bijv. wax, shatter, olie) die worden verhit (dabbing), vaak via speciale rigs of pennen. De gebruiker inhaleert de damp van het concentraat. Volgens onderzoek gebruiken relatief weinig mensen uitsluitend deze methode (in de VS 0.7 % alleen dabben) maar wel een significant aantal als één van meerdere consumptiemethoden tegelijk die worden toegepast.

Voordelen

  • Zeer krachtige effecten: doordat de concentratie THC (en andere cannabinoïden) veel hoger kan zijn, treedt een snel en sterk effect op — wat voor sommige gebruikers gewenst kan zijn (bijvoorbeeld medicinale gebruikers).
  • Klein volume, potentieel discreet (afhankelijk van apparaat).
  • Verscheidenheid aan extract-technologieën (rosin, CO₂-extract, etc) kan de zuiverheid verhogen.

Nadelen

  • Hogere potentie betekent ook groter risico op ongewenste bijwerkingen (zoals angst, paranoia, acute intoxicatie).
  • Apparatuur en extract-kwaliteit zijn vaak kritischer: verkeerd gebruik, onzuivere extracten of te hoge temperatuur kunnen extra risico’s geven.
  • Minder langetermijndata beschikbaar over effecten/consequenties.
  • Psychosociale risico’s: door de kracht kan tolerantie sneller stijgen, en de ‘rituele’ dabbing-apparatuur kan leiden tot intensiever gebruik.

Conclusie

Dabben is dus een ‘krachtigere’ en moderne methode, met specifieke voor- en nadelen — vooral relevant in de context van high-potency producten en mogelijk meer intensief gebruik.

4. Edibles (cannabis-eetwaren en dranken)

Beschrijving: Cannabis wordt oraal ingenomen via eet- of drinkwaren (bijv. gummies, brownies, koekjes, drankjes) waarin cannabis (THC/CBD) is verwerkt.

Voordelen

  • Geen inhalatie van rook of damp — dus geen directe belasting van longen door verbrandingsproducten of dampinhalatie.
  • Langere werkingsduur: doordat de stof door het spijsverterings­kanaal gaat, het effect later intreedt en langer kan aanhouden — wat voor sommige gebruikers (bijv. medicinale) wenselijk is.
  • Discreet in gebruik (geen geur/rook) en kan makkelijker geïntegreerd worden in ‘normale’ eet­/drink­activiteiten.
  • Potentieel gemakkelijker voor mensen die roken of vapen willen vermijden (bijv. om gezondheids­redenen).

Nadelen

  • Vertraging in beginwerking: het kan 30 minuten tot 2 uur of langer duren voordat het effect merkbaar is, waardoor mensen soms te veel nemen in de veronderstelling dat er niets gebeurt.
  • Variabele opname: factoren zoals voedsel in maag, stofwisseling, kwaliteit van product beïnvloeden de effectiviteit.
  • Langere duur van het effect kan nadelig zijn als consument een korter effect wil of zich later moet concentreren.
  • Dosering en labeling zijn kritieke punten — risico op overdosering of onaangename bijwerkingen (zoals angst, paniek) is hoger bij edibles.
  • Mogelijk ongelukken of onbedoeld gebruik (bijv. door kinderen) als producten niet veilig bewaard worden.

Conclusie

Edibles bieden een alternatief voor inhalatie, vooral relevant voor wie de longen wil sparen of discrete gebruiksmethoden zoekt. Maar de vertraging en variabiliteit in effect vragen om extra voorzichtigheid.

5. Cannabisolie / tincturen / capsules / orale (sublinguale) toediening

Deze categorie omvat: olie­preparaten (waar cannabisextract in olie-basis is verwerkt), tincturen (cannabisextract in alcohol of olie, sublinguaal of oraal), capsules/pillen met cannabis, sublinguale druppels of sprays).

Voordelen

  • Geen rook of damp – dus geen directe longbelasting door verbranding of inhalatie.
  • Dosering kan relatief nauwkeuriger zijn (vooral bij capsules/tincturen met duidelijke mg-aanduiding).
  • Sublinguale toediening (onder tong) betekent snellere opname dan volledige orale route, en dus potentieel snellere werking dan standaard edibles.
  • Geschikt voor medicinale gebruikers die een gecontroleerd effect wensen (bijv. constante dosis, discrete toediening).
  • Capsules/tincturen kunnen op vaste tijden ingenomen worden, wat voorspelbaarheid verhoogt.

Nadelen

  • Soms trager effect dan inhalatie (voor orale route) — sublinguaal wel sneller, maar nog steeds minder onmiddellijk dan inhalatie.
  • Effectduur kan lang zijn en minder controleerbaar in snelheid/verandering.
  • Sommige producten kunnen duurder zijn of moeilijker verkrijgbaar; kwaliteit/zuivering blijft belangrijk.
  • Bij onvoldoende regulering is kans op onnauwkeurige dosering of onduidelijkheid over inhoud.
  • Gebruikerservaring kan anders zijn (‘high’ kan anders voelen) dan bij inhalatie, wat gewenning vereist.

Conclusie

Deze methoden zijn vooral interessant voor wie inhalatie wil vermijden (gezondheidsredenen) of voor wie precieze dosering en discrete toediening belangrijk zijn. Minder populair in algemene consumentenpopulaties, maar potentieel groeiende.

6. Overige / bijzondere methoden

  • Topicals (crèmes, lotions, patches) — gebruik vooral lokaal of transdermaal, vaak voor medicinale doeleinden (pijn, huidproblemen).
  • Transdermale pleisters / oromucosale strips / druppels onder de tong etc — varianten van orale absorptie.
  • Combinaties van methoden: veel consumenten gebruiken meerdere methoden (gemiddeld 2 per consument zoals blijkt uit deze studie) – wat impliceert dat een keuze niet per definitie exclusief is.
(advertentie)